De altijd volle wasmand

De mand was direct bij binnenkomst al vol.

Drie dagen voor kerstmis kwam manlief er mee aanzetten. Pontificaal werd hij op de eetkamertafel gezet: de grote rechthoekige plastic wasmand met een onbestendige glimmend bruine kleur.
In de plastic wanden zijn gaten gestanst zodat het een kunstig vlechtwerk lijkt. De bovenrand is omgekruld naar buiten toe en op de korte zijden zodanig uitgerekt dat er twee handvaten gevormd worden. En de mand was helemaal vol. Vol lekkers en prullaria. Die mand was het eerste kerstpakket van de vele die gedurende een arbeidzaam leven jaarlijks mee naar huis gebracht zouden worden.

Al snel verdwenen de kaasjes, gedroogde worst, cocktailprikkerhouder-met-prikkers, pindanootjes, blikjes zalm, soep (Campbell, die dure), kastanje puree, kalfsragout, pasteibakjes, flessen rode en witte wijn, glazen, kerstservetten, servetringen (ook plastic en onbestendig bruin) en de grote zak marshmallows in de kasten. Alleen de mand niet, die was te groot.

Nee, als wasmand wilde ze hem niet in de badkamer hebben: hij is lelijk, te groot en helemaal open, dan kijk je telkens tegen die vuile was aan. Zo verdween de mand eerst voor een tijdje in de trapkast waar hij dienst deed als oud papier verzamelplek. Wekelijks werd hij keurig leeg gekiept in de oude kar van de plaatselijke muziekvereniging. Oud papier was toen nog veel geld waard.

Met de verhuizing wegens gezinsuitbreiding naar een grotere woning, bleek de mand uiterst geschikt te zijn voor de grote verzameling knuffels van oudste. Haar knuffelbeesten mochten echt niet in die enge donkere dichte dozen! Jarenlang bleef de mand gevuld met beren, poezen, olifantjes, knuffelkonijntjes en allerlei zachte niet nader te definiëren wezentjes met hoog aaibaarheidsfactor die kinderen maar kunnen verzamelen. Ook poes had deze zachte inhoud van de mand ontdekt en vond er een heerlijke slaapplaats.

Kleine kinderen worden groot, de wasmand met knuffels verdween naar de zolder tussen de oude eetkamerstoelen, de spiegel, resten serviesgoed en overtollige huisraad van oma. Totdat de eerste van de kinderen op kamers gaat blijft hij daar vergeten staan. Bij het afstruinen van de zolder naar bruikbare spullen voor de studentenkamer, komt de wasmand mee naar beneden. Niet met knuffels (die liggen nu gewoon in dichte dozen) maar met handdoeken, bestek, servies en prullaria. “Handig mam dan kan het in een keer mee naar beneden”. De wasmand blijft, als stille getuige, leeg achter in de bijkeuken als ook de jongste vertrokken is naar een studentenflatje.

Ieder weekend kwam wel een van de studenten naar huis met een tas vol vuile was.
De grote, lelijke bruine plastic wasmand werd eindelijk gebruikt waarvoor hij gemaakt is.